|
|||||||||||||||||||||
|
2.3.4: 1585 - 1725 - Assortiment (genre/taal) en vorm van het verhandelde boekHet boek zoals in Nederland verhandeld is niet identiek aan het boek zoals dat in Nederland werd geproduceerd. Het hier gedistribueerde boek kwam voor een goed deel uit het buitenland, en het hier geproduceerde boek was ten dele bedoeld voor de export en bleef voor een ander deel buiten de handel, zoals de meeste overheidspublicaties en andere voorlopers van de 'grijze literatuur'. Evenmin is het boek zoals in Nederland verhandeld identiek aan het boek zoals dat in Nederland werd gelezen, hoewel dit onderscheid moeilijker is vol te houden. Voor beide categorieën zijn de bronnen niet alleen weinig talrijk en, voorzover aanwezig, nogal eenzijdig en moeilijk te interpreteren; maar vooral: ze zijn vaak identiek of lopen zonder duidelijke grens in elkaar over. Een voorbeeld is het verschijnsel 'veilingcatalogus van een privé-bibliotheek': op het eerste gezicht lijkt zo'n catalogus een mooie bron van informatie over wat iemand las, maar bij nader inzien geeft deze in het gunstigste geval een overzicht van wat de eigenaar bezat, en dan nog vaak onvolledig of juist vertroebeld door toegevoegd materiaal, terwijl uiteindelijk het enige waarvan we zeker kunnen zijn, is dat het een partij boeken betreft, die op een bepaalde plaats en tijd samen te koop waren. Veilingcatalogi van privé-bibliotheken vormen in de bewuste periode de rijkste, of althans talrijkste bron van wat er binnen Nederland aan boeken in omloop was. In de database van het project Nederlandse boekhandelscatalogi tot 1800 zijn er thans zo'n 1800 geregistreerd. Catalogi van uitgeversfondsen en boekhandelsvoorraden voegen daaraan 500 nummers toe. Lijsten titels uit fondsvoorraad of winkelvoorraad die als bladvulling aan een boek werden toegevoegd, beginnen in Nederland in de tweede helft van de zeventiende eeuw in zwang te raken: de STCN heeft er uit de periode 1668-1725 tot 2008 zo'n 1000 verzameld en gekopieerd. Boekverkopersarchieven bestaan er uit deze periode niet; courantenadvertenties beginnen eveneens tegen 1670 talrijker te worden, maar zijn moeilijk toegankelijk en nog nauwelijks systematisch bestudeerd. Een overzicht van wat er tussen 1585 en 1725 in Nederland aan boeken werd verhandeld, verdeeld naar taal, genre, vorm of formaat, kan dus nog niet worden gegeven. Het identificeren, opsporen, verzamelen en beschikbaar maken van het bronnenmateriaal is begonnen, maar zowel detailstudies als algemene overzichten ontbreken bijna nog geheel. Of het bekende feit dat de boekendetailhandel, de uitgeverij en de boekdrukkerij in de betrokken periode veel lastiger van elkaar zijn te scheiden en onderscheiden dan later, het onderzoek zal bemoeilijken of juist niet, is nog niet te voorspellen. In 1650 werden er, volgens een onderzoek van de STCN, in Nederland 380 boeken gepubliceerd, dat wil zeggen: niet gerekend pamfletten en andere actuele en gelegenheidsgeschriften. Van die 380 boeken had 54% het Nederlands en 36% het Latijn als enige of hoofdtaal, en was 4% in folio, 25% in kwarto, 30% in octavo, 32% in duodecimo, en 9% in andere, meest kleinere formaten. Wat dergelijke getallen zeggen over het verhandelde boek uit 1650, om maar te zwijgen van dat uit 1600 of 1700, zal nader onderzoek moeten leren. Eén nuttige les in statistiek geeft deze exercitie de toekomstige onderzoeker overigens wel: waren de pamfletten en overheidspublicaties uit 1650 (samen 500) zonder onderscheid meegerekend, dan was het aantal titels uit 1650 meer dan verdubbeld tot 880, en de percentages voor de Nederlandse taal en het kwartoformaat gestegen van 54 en 25 tot 71 en 63% (en die voor de rest naar verhouding gedaald). Toch wegen deze 500 extra 'boeken' in hoeveelheid bedrukt papier ternauwernood op tegen één flinke bijbel in folio. auteur: J.A. Gruys |
||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||
|